Wendingen des levens
De verkiezingen zijn geweest, Nederland heeft gestemd en de formatie van een nieuw kabinet is begonnen. Maar hoe lang zal het gaan duren voor de partijen in Den Haag eruit zijn? Verkenner Koolmees acht de kans "niet heel groot" dat er voor Kerst een kabinet zit, en verschillende partijen houden er zelfs rekening mee dat er pas "beweging" in de zaak gaat komen in máárt volgend jaar. Het roept de vraag op of deze manier van politiek bedrijven nog wel werkt, en of het niet eens tijd wordt om het over een radicaal andere boeg te gooien met dat formeren van een kabinet. Kunnen ze geen voorbeeld nemen aan Vaticaanstad, waar ze dit voorjaar al binnen twee dágen een nieuwe paus hadden gekozen? Met een beetje fantasie moet zoiets toch ook in Nederland mogelijk zijn, zou je zeggen? Gewoon alle fractieleiders, groot en klein, opsluiten in de Ridderzaal. Ze moeten net zo lang binnen blijven tot ze een kabinet hebben en mogen (net als bij de conclaven in het Vaticaan) géén mobieltjes of andere digitale gadgets meenemen. Afgezonderd van de buitenwereld kunnen ze niet worden beïnvloed door lobbyisten, peilingen, spindoctors of sentimenten op de social media, terwijl ze wel alle tijd hebben om eens goed met elkaar in gesprek te gaan. Niet in een verhit debat, maar als mens, buiten de camera's om. Wellicht komen ze dan wat naderder tot elkaar. En voor ons als publiek kan er een schoorsteen op de Ridderzaal gemonteerd worden waarmee de fractieleiders naar buiten toe kunnen laten weten of ze er al uit zijn: zwarte rook als er nog géén kabinet is en witte rook als er overeenstemming is bereikt. Het klinkt misschien gek, maar als het voor een nieuwe paus werkt, dan werkt het misschien ook wel voor een nieuw kabinet!
Al in 2021 schreef ik een opiniestuk over formeren per conclaaf, dat toen in het AD werd geplaatst
Zo traag als de formatie en de politiek gaan, zo gestaag gaat het met mijn boek over de herontdekking van het oude Egypte. Ik ben inmiddels begonnen aan hoofdstuk 7, dat grotendeels over een Duitse expeditie naar Egypte in 1842-1845 gaat. Deze wetenschappelijke tocht is van groot belang geweest voor de egyptologie, en net als over eerdere ontdekkers (die ik in eerdere hoofdstukken bespreek) valt ook over deze "etappe" van de herontdekking genoeg te vertellen. Om te kunnen schrijven moet er echter eerst gelezen worden en daarvoor heb ik vorig jaar twee boeken gevonden bomvol informatie. Dit zijn Duitse boeken, gekocht in het
Neues Museum in Berlijn, en hoewel het lezen van deze
Deutsche Bücher me tot nu toe alles meevalt, is het wel een heel stuk taaier dan lezen in het Engels of (vooral) Nederlands. En dan zijn het ook nog eens geen dunne boekjes, maar bij elkaar opgeteld ruim 700 pagina's aan hoofdstukken over
Denkmäler der Entzifferung,
Grundlagen der Archäologie Ägyptens,
Die epigrafische Unternehmung en
Der Beginn der ägyptischen Antikengesetze und ihre Bedeutung für die preußische Expedition. Twintig jaar terug op de middelbare school zou ik niet gedacht hebben zulks ooit te zullen lezen, en de leraren Duits vast ook niet. Sterker nog: de enige keer dat ik ooit de klas ben uitgestuurd was bij Duits! Zo zie je maar:
man weiß nie, wie das Leben verläuft.
Een Duitse tekst met zelfs nog een paar hiërogliefen erdoorheen, geen alledaagse kost!
Over de wendingen des levens gesproken bedacht ik me laatst, tijdens een wandelingetje door de stad, hoe zelden ik eigenlijk nog aan het hertenkamp in Enkhuizen denk. Jarenlang was die plek heel belangrijk voor me, maar inmiddels ben ik dat al bijna vergeten en de sporadische keren dat ik nog door het park loop, roept het qua gevoel niets meer op. Ik ben er nu bijna vijf jaar weg en volg het nieuws erover allang niet meer. Maar soms, al scrollend over de website van de lokale krant, zie ik de naam toch nog voorbij komen. Afgelopen september bijvoorbeeld, toen schreef het NHD dat er al "sinds 2016 wordt gesproken over wat de hertenkamp nodig heeft om overeind te blijven". Maar dat jaartal 2016 klopt niet. De werkelijkheid is namelijk dat er al jaren eerder problemen waren rondom de financiering: reeds in april 2008 viel in de lokale pers te lezen dat het kamp "dringend hulp nodig heeft", waarna jaren van gesteggel, overnames en financiële injecties volgden. In 2021 schreef de krant dat "het project al akelig dicht de 2 miljoen euro nadert", maar inmiddels moet dat al een stuk meer zijn. Sommigen zullen daarop denken: achteraf kijk je een koe in de kont, dat het zo'n eindeloos dossier zou worden had niemand zien aankomen. Maar ook dat is niet helemaal waar. In 2015 heb ik aangegeven dat het ondanks de toenmalige overname nog lang niet goed liep daar, maar dat nam destijds niemand serieus. Een lid van de Gemeenteraad schold me zelfs publiekelijk uit! Hierover heb ik in 2019 nog een ingezonden briefje voor de krant geschreven, met een slotzin die blijkens de nieuwe berichten over het hertenkamp nog steeds actueel is: deze "gek" had al die tijd volkomen gelijk.

Mijn ingezonden brief in het Noordhollands Dagblad van 28 september 2019
Iets heel anders tot slot is de herfst. Hij duurt nog ongeveer een maand en de meeste bladeren zijn inmiddels van de bomen af, maar zoals het cliché dan zegt: gelukkig hebben we de foto's nog! Afgelopen weken heb ik op landgoed Elswout (vlakbij Haarlem), in de eigen omgeving én bij de 's-Gravelandse Buitenplaatsen (vlakbij Hilversum) een paar herfstfoto's gemaakt en op de fotopagina op deze website gezet. Het jaargetij dat de naam heeft grauw en druilerig te zijn, blijkt te barsten van de kleuren. Gele bladeren, rode bladeren, oranje bladeren, rode paddenstoelen met witte stippen, ontelbare tinten bruin tegen een strakblauwe lucht: de herfst is misschien wel het fotogeniekste seizoen van allemaal! En met verse appels en peren, gevuld speculaas en warme chocolademelk met slagroom waarschijnlijk ook het lekkerste.
Herfstkleuren op landgoed Bantam, onderdeel van de 's-Gravelandse Buitenplaatsen bij Hilversum
